‘Ik dacht dat u een vriendelijke oude man was.’ ‘Dat ben ik ook, maar daar heb ik heel lang over gedaan.’ Vanaf zijn sterfbed in Florence kijkt Anno terug op zijn bewogen leven. Zijn jeugd in het armoedige Schagen, zijn studie aan het seminarie en het priesterschap dat hem naar het pauselijke Rome leidt. En natuurlijk Eva, zijn grote liefde die hij op verlof in Nederland ontmoet en voor wie hij de kerk de rug toekeert. Samen met haar vlucht Anno naar Italië, waar hij faam maakt in het naoorlogse Milaan als advocaat van de onderwereld en verzeild raakt in een leven van geld, macht en zonde. Zijn onstilbare honger naar succes verwijdert hem meer en meer van alles wat hem lief is, tot het noodlot hem een tweede kans biedt. Anno is een even overdonderende als beklemmende roman over destructieve ambitie en de drang om het leven naar je hand te zetten.